Als jong eendje sprong ik zo nu dan dan samen met mijn ouders in het rond in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Toen ik iets ouder was, werd ook het Westfries Museum in Hoorn regelmatig met een bezoekje vereerd. Maar nu ik mij heb ontwikkeld tot een grote en sterke vrouw, is er nog één museum waar ik de afgelopen jaren al vaak de drempel over ben gestapt en stiekem een beetje verliefd op ben geworden: FOAM Amsterdam.
De exposities
Tijdens de Museumnacht begint mijn culturele reis steevast bij FOAM, maar ook tijdens (schrijf)workshops loop ik graag langs de vele prachtige foto’s. Afgelopen vrijdag besloten vriendinnetje E. en ik in dit magnifieke museum de nieuw(st)e exposities te bekijken: Bertien van Manen – Let’s Sit Down Before We Go en The New York Times Magazine Photographs.
Let’s Sit Down Beofore We Go
De Amsterdamse fotografe Bertien van Manen reisde deccennialang met een kekke polaroidcamera door Rusland, Moldavië, Kazachstan, Oezbekistan, Oekraïne, Tatarstan en Georgië. Voor de expositie Let’s Sit Down Before We Go selecteerde Van Manen 60 foto’s uit ruim 15.000 (!) negatieven. Dit resulteerde in een persoonlijke expositie. Waarin gewone, alledaagse mensen, dingen en beelden centraal staan.
Van Manen was verbaasd te zien dat de tijd bijna heeft stilgestaan, op haar foto’s leek het leven buiten de grote steden nauwelijks te veranderen. Ik verbaasde mij vooral om de kleding. We weten het eigenlijk allang, maar het werd door Van Manen maar weer bevestigd dat kledingstukken na een bepaalde tijd weer helemaal hot zijn, zoals het galante felgele badpak, de zwierige rok met bloemetjesmotief en de extravagante bolhoed.
Daarnaast zijn de foto’s van Bertien van Manen vaak een tikje vreemd. Wat doet dat jongetje boven op de kast? En waarom zit er iemand met muts op in een leeg bioscoopzaaltje? Het licht-absurdistische is iets dat Van Manen niet regisseert maar spontaan aantreft. En daarom kun je van iedere foto in deze speciaal gemaakte selectie wel urenlang genieten.
New York Times Magazine Photographs
Dat ik een zwak heb voor New York moet geen geheim meer zijn (en anders bekijk je nu even heel snel mijn biografie). Dat de titel van de expositie – New York Times Magazine Photographs – voor mij als een sprookje klinkt en ik deze expositie moest zien, was dan ook zo klaar als een klontje. Als het aan mij lag, had ik alláng een abonnement op The New York Times genomen en dan zou ik natuurlijk iedere zondag in de Starbucks zitten, nippend aan mijn latte macchiato met extra veel karamel en met mijn dopneusje in het Magazine.
Eén van de redenen dat het weekblad The New York Times Magazine zo succesvol (en leuk) is, is de ruimte voor nieuwe vormen van tijdschriftfotografie door opdrachten aan fotografen te verstrekken en hun werk te publiceren: van journalistiek tot modereportages en portretten. Met de tentoonstelling in FOAM geeft fotohoofdredacteur Kathy Ryan een kijkje achter de schermen van elf afzonderlijke, opvallende projecten die eerder verschenen zijn op de pagina’s van het Magazine. Zo zijn naast de ingelijste foto’s ook shotlists, proefprints en contactafdrukken, video’s en tijdschriftenpagina’s te zien.
Geen genre, grens of reportage is het Magazine te gek. Of zoals Kathy Ryan opmerkt: “De beste creatieve werken ontstaan vaak door uitwisseling tussen verschillende disciplines. Een film is als een schilderij, een foto als een sculptuur. Zo is ook het Magazine vaak op zijn best als we fotografen laten werken aan projecten die buiten hun normale grenzen vallen. Als een beeldend kunstenaar een nieuwsitem maakt of een documentairefotograaf een modereportage, dan spatten de vonken van het papier.”
Gezamenlijk tonen deze beelden de bijzondere manier waarop The New York Times Magazine fotografie gebruikt om verhalen te vertellen. En van de 300 foto’s die in FOAM hangen, was ik vooral gecharmeerd van de verhalen foto’s van Gregory Crewdson. Zijn fotoreeks Dream House mag zekersteweten in mijn toekomstige ontvangsthal hangen. De modenreportages konden mijn hartje ook wel bekoren, evenals de portretten van Bekende Amerikanen, geschoten door onder andere Rineke Dijkstra, Inez van Lamsweerde en Vinoodh Matadin.
Deze hartverwarmende foto’s bekeek ik in een zo niet nóg warmere zaal, maar in de daaropvolgende ruimtes kwam de kilte ons tegemoet. FOAM leek aan de beleving van de oorlogsreportages en de onmiskenbare fotoreeks van 9/11 een extra dimensie te willen toevoegen. Het is raar, dat hoe verschrikkelijk iets kan zijn, zulke imposante beelden opleveren. Waar je uren naar kunt kijken, steeds weer wat nieuws in kunt ontdekken en de tijd even stil bij blijft staan. Ja, Kathy Ryan heeft haar uiterste best gedaan om ons te laten zien wat The New York Times Photographs de afgelopen 30 jaar zo bijzonder (heeft ge)maakt.
Bij de tentoonstelling verscheen het gelijknamige boek The New York Times Magazine Photographs, dat nu natuurlijk op mijn verlanglijstje staat (heel even sparen nog!).
Let’s sit down before we go van Bertien van Manen is 24 juni 2012 en The New York Times Magazine Photographs is tot 30 mei 2012 te zien in Foam. Open dagelijks van 10.00 -18 uur, do/vr van 10.00 – 21.00 uur.
6 reacties on “Liefde voor New York Times Magazine Photographs in FOAM”